Onderzoekers Mia Stokmans en Cedric Stalpers van de Universiteit Tilburg hebben een grootschalig circusonderzoek afgerond. De centrale vraag was: wat vindt het grote publiek van het klassieke en hedendaagse circus? Stadsnieuws sprak met de onderzoekers.
Welke band heeft Tilburg met het circus?
”Tilburg heeft met de kermis van oudsher een band met rondreizend vermaak. Later is daar het circus bij gekomen. Klassieke circussen strijken sinds jaar en dag neer op het Laarveld, waaronder het winterwondercircus van Kevin van Geet. Tilburg biedt sinds vijf jaar tevens onderdak aan het festival Circolo (eerst in het Leij- en dit jaar in het Spoorpark) en meer dan tien jaar aan de circusacademie AcaPA.”
Waarom is het circusonderzoek gestart?
”Sinds 2013 geldt het circus als Immaterieel Erfgoed en het is een van de weinig kunstvormen die echt door alle rangen en standen bezocht wordt. Tegelijkertijd gaat de overheid weinig zorgvuldig met deze kunstvorm om. Circussen krijgen doorgaans geen subsidie, worden wel geconfronteerd met hoge leges en bureaucratische beperkingen. Zo mag een optocht door een stad doorgaans niet meer en hebben lokale overheden het zo duur gemaakt om posters op te hangen in een gemeente, dat ze deze vorm van promotie buiten het financieel bereik van circussen geschoven hebben. Het onderzoek bood me de mogelijkheid iets terug te doen voor de branche die me vele mooie en ontroerende voorstellingen geboden heeft.”
Hebben jullie zelf circusmensen ontmoet?
”Het onderzoek heeft de nodige interessante ontmoetingen opgeleverd, onder andere met circusdirecteur Alberto Althoff (een neef van Toni Boltini) die tijdens een bezoek aan de universiteit zijn levensverhaal heeft verteld, evenals alle uitdagingen waar rondreizende circussen met geconfronteerd worden. Zijn circus (Renaissance) heeft regelmatig gegasteerd op het Tilburgse Laarveld.”
Wat was een van de meest verrassende uitkomsten van het vorige circusonderzoek?
”In 2012-2013 was de grote verrassing en meest omstreden uitkomst dat het verdwijnen van dierenacts geen nieuw publiek zou opleveren maar wel bezoekers zou kosten. We hoopten dat het verdwijnen van (omstreden) dierenacts ertoe zou leiden dat méér mensen het circus zouden bezoeken. Helaas bleek dat met het verdwijnen van olifanten en tijgers, ook 40% van de bezoekers zou afhaken. Een uitkomst die helaas bevestigd is in de praktijk; door de teruglopende publieke belangstelling na het verbod op optredens met tijgers en olifanten, verdwenen ook circussen als Herman Renz en Renaissance.”
En van het huidige?
”Terwijl we aan het begin van het onderzoeksprogramma vooral oog hadden voor het klassieke circus (met tijgers, olifanten, clowns en een spreekstalmeester) wilden we met de nieuwste studie het hedendaagse circus meer in de schijnwerpers plaatsen. Uit het literatuuronderzoek bleek reeds dat klassiek en hedendaags circus (zoals Circolo) sterk verschillen in hetgeen ze hun publiek tonen. Zo is er bij hedendaags circus sprake van één doorlopende voorstelling, wordt er andere muziek gebruikt en is de complexiteit van het getoonde hoger. Klassiek en hedendaags circus trekken dan ook elk een eigen publiek aan, waarbij het hedendaagse publiek jonger en hoger opgeleid is. Bij het grote publiek, ook dat van hedendaags circus, wordt echter circus nog vooral geassocieerd met het klassieke beeld (clowns met rode neuzen, olifanten, spreekstalmeesters et cetera). Alhoewel verschillende klassieke circussen de afgelopen vijf jaar zijn verdwenen, zijn zij nog wel dominant in de beeldvorming.
Op vier punten heeft het hedendaags circus nog werk te verzetten om aantrekkelijker te worden voor het grote publiek. Zo vindt het publiek hedendaags circus complexer dan het klassieke, weet men (veel) minder goed wat men van een voorstelling kan verwachten, vermoedt men dat het kinderen minder aanspreekt en vindt men het relatief duur.”
Wat is de conclusie van het onderzoek?
”Een conclusie van het onderzoek is dat beide circussen zowel verschillen van elkaar als eenzelfde probleem hebben. Beide hebben ze moeite om hun publiek te bereiken: het klassieke circus omdat met het vertrek van de tijgers en olifanten een deel van de aantrekkingskracht verloren is gegaan. En het hedendaagse circus, omdat het voor velen nog onbekend en daarmee (nog) onbemind is.”