Het Wilhelminapark bestaat 125 jaar. Als cadeau laat theaterkermis LunaLunaLuna bijzondere bomen in het park bezingen door Tilburgse woordkunstenaars. Dit gebeurt in de vorm van het acrostichon (lettervers) Wilhelmina van Kastanje. De 21 letters van deze titel zijn de beginletters van 21 ‘boomschriften’, die door Tilburgers geadopteerd kunnen worden. Voor informatie zie wilhelminavankastanje.nl. Tot half december verschijnt in Stadsnieuws wekelijks een boomschrift. Deze week is het de beurt aan Ed Schilders met de letter N van Notenboom, de Japanse Notenboom, ook bekend als Ginkgo.
Noten-namen
Notenboom is zijn meest algemene benaming. Ietsje preciezer is ‘Japanse notenboom’, maar als je hem met een van die namen aanspreekt, zal hij koel reageren: ‘Pardon, ik kom uit China.’ Over zijn ‘noten’ zal hij zeker niet beginnen. Te intiem. Hij plant zich niet voort met noten maar met zaden. Hij is tweeslachtig, en boomkundigen reppen dan van ‘tweehuizig’. Dan is er, zo lees ik op een website, een ‘voortplantingsperiode’ waarin de hij-kant ‘kegels’ draagt, en de zij-factor zaden ontwikkelt. Zijn ware naam luidt Ginkgo Biloba, ‘Tweepotig.’
Meneer Moller-Pillot gaf ons les in biologie in het Odulphuslyceum. In 1963. Hij was ook de drijvende kracht achter de ‘Biologische Club’ en uit dien hoofde beviel hij ons aan om in onze vrijetijd de bomen in het Wilhelminapark eens te gaan bewonderen. Daarbij moesten we de bijzondere ginkgo niet over het hoofd zien. Ik ging kijken en vond het maar een zielig boompje.
Nu is alles anders.
Wij, Ginkgo Biloba en ik, zijn zestig jaar ouder geworden. Ik weet nu veel meer van hem. Ik spreek hem tegenwoordig aan met de naam die meneer Moller-Pillot (van biologie) noch meneer Reijerman (van Duits) me ooit heeft bijgebracht. De ginkgo wordt in het Duits liefst Goethe-baum genoemd. Want de dichter Goethe viel ooit verliefd met Marianne. Op 15 september 1815 logeert hij bij haar (en haar man) en dan doet hij iets intiems (met haar): hij plukt twee bladeren van de ginkgo in haar tuin.