Op het onvolprezen Tilburgs Leesplèngske, in 1997 uitgegeven door de Stichting Tilburgse Taol, staat een afbeelding van een Paoskiep. Daarmee werd vroeger een opgedirkte vrouw bedoeld. De term Paoskiep, op het Leesplèngske schitterend verbeeld door Jan van de Wiel, werd het hele jaar door gebruikt, maar vond zijn oorsprong in de traditie om met Pasen de beste kleren aan te trekken zodat je er op zijn paasbest uitzag. Indachtig ‘een nieuwe lente, een nieuw begin’. Met Pasen gingen ook de winterkleren in de mottenballen. En al was het zo koud als ik-weet-niet-wat, de winterkleren werden verruild door de zomerkleren. Gehuld in die dunnere zomerkleren kon een brandende kachel geen soelaas bieden want die werd gedoofd tijdens de grote schoonmaak…

Afzien dus.

Cees Robben liet op zijn Prent van 31 maart 1956 ook een Paoskiep voorbij paraderen. Wie weet was het commentaar leverende echtpaar wel op weg naar de Kruisweg bij Peerke Donders. En in die Paoskiep zou je een Tilburgse Maria Magdalena kunnen zien. Dat is helemaal niet zo’n gekke gedachte, althans gerelateerd aan de Kruisweg in het Peerke Donders Park.

Deze openluchtkruisweg is een van de meest bijzondere vormen van religieus erfgoed van Tilburg. Sowieso omdat slechts een klein aantal van zulke uitingen van geloof bewaard zijn gebleven. De Kruisweg in het Peerke Donders Park is bovendien heel erg goed onderhouden. Maar het belangrijkste is de koppeling van dit monument aan de Tilburgse gemeenschap. De veertien Staties zijn eertijds bekostigd door Tilburgse parochies, kloosters en een aantal particulieren. Aan de voet van elke statie is een bordje aangebracht met de naam van de gulle gever.

Hutjemutje

Alle informatie bij elkaar op die bordjes laat zich lezen als een overzicht van wat toen belangrijk werd geacht ‘Toen’, dat is 9 mei 1926, toen de Kruisweg werd ingezegend – over een paar jaar kan het eeuwfeest worden gevierd. Bij de inzegening was de Kruisweg overigens nog niet voltooid. Dat duurde nog jaren. De Staties zijn hutjemutje bekostigd en gerealiseerd. Het interessante is dat de Kruisweg niet alleen een uitzonderlijk monument is, het is ook een levend monument. Geregeld wordt er bij gebeden, nabestaanden van overledenen vinden er rust en bezinning. En elk jaar op Goede Vrijdag, ook dit jaar weer en wel op vrijdag 29 maart om 15.00 uur, wordt er de Kruisweg gebeden als onderdeel van de gebruiken en rituelen rond Pasen. Een mooi voorbeeld van hoe religieus erfgoed een functie heeft in de hedendaagse samenleving.

Zijn de bordjes met de namen van de schenkers een voorbeeld van de relatie met het verleden van Tilburg, voor de beelden op de Staties gaat dat nog veel meer op, op een unieke manier zelfs. Laten we eens halthouden bij de vierde Statie met als titel ‘Jezus ontmoet zijn bedroefde moeder’. Maria staat te wachten op haar zoon die het kruis draagt. Ze is in het gezelschap van Maria Magdalena, herkenbaar aan haar lange haren waarmee ze ooit Jezus’ voeten afdroogde. Overal ter wereld wordt dit tafereel hetzelfde uitgebeeld. Maar wat het in dit geval zo bijzonder maakt is dat de twee vrouwen zijn gemodelleerd naar de Tilburgse zussen Bertha en Annie Vriends.

Verbraak

Statie twee, ‘Jezus wordt met het kruis beladen’, laat iets soortgelijks zien. Bij het dragen van het kruis wordt Jezus geholpen door twee mannen gestoken in Romeinse kledij. De gezichten van die twee mannen zijn die van de Tilburgse broers Piet en Bernard Verbraak. Dat kleine manneke bij Statie V is hun jongste broer Karel. Zij zijn leden van de familie Verbraak, van de befaamde heiligenbeeldenfabriek en devotionaliahandel aan de Noordstraat 105. Als je een keer door de Noordstraat loopt of fietst, kijk dan eens boven naar de gevel waar twee allegorische vrouwenbeelden staan. Een aantal Staties van de Kruisweg in het Peerke Donders Park is door de firma Verbraak gebouwd. Hoe men op het idee kwam de personages op de Staties te modelleren naar familieleden is niet bekend, het is hoe dan ook een unieke handtekening van de maker.