In deze geweldig leuke Prent, gepubliceerd op 12 februari 1972, zit een plagerijtje richting Gôol of de Gôlsen besloten. Tilburgers mogen graag de draak steken met hun aan de stad vastgeklonken zuiderburen, maar nooit (zeg nóóit nooit, dus uitzonderingen daargelaten, dit als disclaimer) met vervelende bedoelingen. Want de plaagstootjes moet je gevoelsmatig benaderen, namelijk als een geval van ‘was sich liebt, das neckt sich’. Schrijver dezes doet daar al vanouds graag aan mee.
Door Paul Spapens
Met andere woorden: de Tilburgers mogen de Goirlenaren wel en dat drukken ze uit door ze een bietje voor de gek te houden. En die Gôlsen, die weten dat wel te waarderen en plagen net zo hard terug. Hoewel, heel vroeger, toch wel tot in de jaren ’50, lag dat wel een graadje anders, maar dat was overal zo. Dan kon het gebeuren dat op Gôol kermis een hevige ruzie uitbrak tussen Gôlsen en Tilbo’s omdat een Tilburger een Gôlse meid aan de haak had geslagen. Dan zeiden de Gôlsen: ‘Eeh Krèùk, ge blèft wel van die Gôlse meid af en aanders…’
Pik en Pook
Dit was zeker ook een gevolg van Pik en Pook, maar op dat verschijnsel komen we zeker nog wel eens terug. Voor deze bijzondere vorm van laten merken dat je een Goirlenaar best wel aardig vindt, is een historische verklaring. Is tegenwoordig Goirle zo goed als aan Tilburg vastgebouwd (en dat gaat nog erger worden), meer dan vijf eeuwen vormden Goirle en Tilburg een bestuurlijke eenheid. Er was zelfs sprake van de Heerlijkheid Tilburg en Goirle. Dit betekent dat de eigenaar, de Heer van Tilburg, het burgerlijk bestuur uitoefende en ook recht sprak. Deze bestuursvorm maakte de twee buurdorpen een. Inderdaad, dorpen, want Tilburg kreeg pas in 1809 stadsrechten.
Terwijl in de Franse Tijd, in 1803 de ‘heerlijkheid’ tussen beide plaatsen werd afgeschaft en Goirle en Tilburg afzonderlijke gemeenten werden. En dat wilden de Goirlenaren graag zo houden tot op de dag van vandaag. Dat werd pas goed duidelijk tijdens de gemeentelijke herindeling van 1997 toen Udenhout en Berkel-Enschot werden heringedeeld bij Tilburg en datzelfde dreigde te gebeuren met Goirle. Legendarisch was de Gôlse actie door de drukke weg van Tilburg naar Goirle net voorbij het viaduct met een berg zand af te sluiten. Als je tegenwoordig Goirlese bestuurders op hun achterste benen wil krijgen dan moet je suggereren dat Goirle veel beter bij Tilburg kan worden gevoegd.
Grapje….!
De Tilburgers konden putten uit drie bijnamen voor de Goirlenaren om ze volgens het principe van ‘was sicht liebt, das neckt sich’ te plagen. Drie bijnamen, dat is zeldzaam veel. De meeste plaatsen en hun inwoners hebben slechts één bijnaam, bijvoorbeeld de Tilburgse Kruikenzeikers. Deze Tilburgse bijnaam en de drie Goirlese bijnamen zijn historisch. De meeste bijnamen in Brabant zijn verzonnen ter gelegenheid van carnaval. Berkel-Enschot is het Knollevretersgat en Udenhout D’n Haozenpot, maar je hoort nooit iemand ‘Eeh, Knollenvreter’ tegen iemand uit Berkel-Enschot zeggen, of ‘Haos’ of Haozenpotter’ tegen iemand uit Udenhout. Probeer maar eens, dat klinkt veel minder authentiek dan Kruik, of de Goirlese bijnamen. Met name ‘Gôlse Geit’ werd – en wordt – veel gebruikt.
Gôlse Geit
Op cultuurhistorische gronden mag je de Gôlse zuiderburen uitmaken voor: Gôlse Geit, Ballefrutter en ‘Over de heg gegooide Bèls’. Die laatste bijnaam is minder bekend, maar is wel authentiek. De reden laat zich raden: Op weg naar Mieke Pap in Poppel, de belangrijkste referentie die Tilburgers vroeger bij Poppel hadden, passeerde je eerst Goirle. Let maar eens op als je in Goirle bent hoeveel Belgische nummerplaten je er ziet rijden. De parkeerplaatsen bij supermarkten staan er vol mee. Daarbij, Gôlsen konden smokkelen als de besten. Gôlse Ballenfrutter is een historische herinnering aan de ballen voor de kaatssport die eertijds in Goirle werden gemaakt (gefrut). Tijdens een rechtszaak kwam een rechter tot de verzuchting: ‘Uit Goirle komt niet eens een goede geit.’
NB: die bijnamen zijn in het gekoesterde buurdorp geuzennamen, want zowel de Gôlse Ballenfrutter’ als de Gôlse Geit zijn in een standbeeld vereeuwigd.