Anne Struijk is 36, woont in het oosten van Tilburg en oefent haar beroep als fysiotherapeut uit in een kleinschalige praktijk in het westen van de stad, bij het Paletplein: “Jaahh, een kleurrijke wijk. Dat maakt het werk zo leuk. Aan de overkant van de Baden Powelllaan heb je de auteursbuurt, en aan onze kant de Kruidenbuurt. Twee heel verschillende Tilburgse wijken. Wij hebben patiënten uit allebei, dat is mooi om mee te maken, elke week opnieuw.”
Tekst: Gerard Sanberg
Fotografie: Gert-Jan Remmers/Nononsens
Anne werkt drie dagen per week: “Ja, ik moet het combineren met jonge kinderen dus dan kun je nauwelijks full-time aan de slag. Maar het gaat lekker zo. Na een lang weekend begin ik op dinsdag. Op woensdag heb ik vrij. Dan donderdag en vrijdag er tegenaan. Lange dagen maken, dat hoort bij het vak.”
Fysiotherapeut is een mooi vak en Anne kan er enthousiast over vertellen: “De contacten die je legt met je patiënten, dat is mooi om mee te maken. Zeker als het gaat om revalidanten, mensen die een operatie achter de rug hebben en langdurig komen, soms wel een jaar lang. Als je zo’n lange tijd één of twee keer per week met iemand bezig bent, dan ontwikkel je echt een band met elkaar.” Anne’s ervaring is dat je ondanks vaak grote verschillen in achtergrond en opvattingen toch tot elkaar komt, op zo’n manier.
Arabisch en Berbers
De Auteursbuurt en de Kruidenbuurt verschillen qua gemiddeld inkomen en sociale achtergrond, uit zich dat ook in fysieke of medische verschillen? “Ja, toch wel. Mensen van het type strak-in-het-pak-met-kantoorbaan komen vaak binnen met een diagnose via Google en een idee over hoe dat moet worden behandeld. Dat is heel anders dan een moslima die een kind meebrengt om te tolken en langdurige, onverklaarde fysieke klachten heeft. Ik heb inmiddels een paar woorden Berbers geleerd, en Arabisch. Ik begroet ze dan in hun eigen taal, dat lokt een glimlach uit, opluchting.” En als patiënten door fysieke belemmering niet meer naar de praktijk kunnen komen, dan komt de praktijk naar de patiënt: Anne doet ook huisbezoeken. “Dan kom je dus bij mensen achter de voordeur en zie je weer een heel andere kant van je patiënten.”
Shockwave!
Anderzijds: er moet wel afstand blijven tussen werk en privé, dus dat Anne in oost woont en in west werkt bevalt prima. “We zitten vlakbij het Paletplein, naast het buurthuis. Dat gaat prima, is heel gezellig. We krijgen ook mensen uit de Reeshof, en Waalwijk. En van verder weg. Ze komen van heinde en verre voor shockwave-behandelingen. Dat is iets nieuws. Voor peesproblemen aan elleboog bijvoorbeeld, of voor hielspoor. Daar is nu een apparaat voor ontwikkeld en we boeken daar succes mee, dus dat spreekt zich rond. Er kwam laatst iemand uit Schiedam!”