Afgelopen weekend was ik in een restaurant. Zo’n restaurant waar het stokbrood dat je vooraf krijgt niet helemaal is doorgesneden. Dat het nog met een klein korstrandje vastzit waardoor je het schijfje brood met je handen los moeten trekken. Kent u dat? Zo’n restaurant waar je precies lang genoeg moet wachten op je eten dat je glas drinken inmiddels leeg is en je dus een nieuw drankje moet bestellen.
Herkent u het? Zo’n restaurant waar je om mayonaise moet vragen. Zo’n restaurant waar je onbegrijpelijke gerechten op de menukaart tegenkomt als ‘chou-fleur, filet de bar terrine’ en dat je dus moet vragen wat dat is. Zo’n restaurant waar je meteen al ziet dat je niet genoeg friet krijgt geserveerd en dus meteen maar een bak patat extra besteld. Die je dan vervolgens pas na vijftien minuten op tafel krijgt, wanneer je de rest van je bord al leeg hebt. Kortom, een doorsnee restaurant dus.
Wat is dat toch tegenwoordig? Zo’n piepklein frietbakje, dat je denkt: is dat voor mij alleen? Maar dat dan blijkt dat je daar met z’n zessen van moet eten. Ieder zes frietpinnetjes ongeveer. Waar is de tijd gebleven dat er bij het afrekenen nog een halve bak friet op tafel staat?
Opeens viel mijn oog op een krijtbord waarop stond: Aanstaande woensdag onbeperkt spareribs eten! Mijn gedachten dwaalden meteen af naar de vrijgezellenavond van Philip Hopstaken, ergens begin jaren ’90. Philip ging trouwen en was niet alleen dol op zijn aanstaande vrouw, maar meer nog op spareribs. Er ging bij Philip geen dag voorbij zonder spareribs. In ons dorp kenden we hem als Flip Sparerib. We besloten om hem mee te nemen naar een viersterrenrestaurant in Geertruidenberg, verkleed als varken. Alleen een varkensneus was al voldoende bij Philip. Verder was ie al een varken. Wij als vrienden waren samen met hem opgegroeid, alleen wij deden dat meer in de lengte. Een Michelin-mannetje, dat was ie. Het leek ons dan ook heel toepasselijk om voor dit Michelin-restaurant te kiezen.
Met een groep vegeterriërs gingen we dus geheel in de stijl van Philips bijnaam een avondje onbeperkt spareribs eten. We begonnen voortvarend en na vier keer vlees te hebben bijbesteld begon men zich bij de bediening van het restaurant enigszins ongerust te maken. We zaten er immers pas een uurtje. Nadat we aan de zevende vleesronde waren begonnen bemerkten we zorgelijke blikken vanuit de keuken. We zagen de kok telkens wegduiken als we opkeken. Voor Philip voelde het pas als een soort voorgerecht. Die begon er pas net een beetje in te komen. Hoe groot de paniek achter de schermen moet zijn geweest ontdekten we toen we voor de tiende keer vlees lieten aanrukken. Er lag namelijk nog een klein laagje vorst overheen. De voorraad in de vriezer moest kennelijk worden aangebroken en de veelvraten met het varken waren te ongeduldig. Flip heeft de avond van zijn leven gehad. En het restaurant heeft daarna nooit meer met deze actie gekoketteerd...