Eind 2024 kwam Stadsmuseum Tilburg in bezit van 34 bijzondere prenten. Hij zijn zogenaamde ‘Vermijspers-prenten’. Gedrukt op een authentieke Grafix proefpers uit 1950, door een collectief dat zich de BHK-drukkers noemt.
Door Theo van Etten
De prenten liggen uitgespreid op een grote tafel en vormen een kleurrijk geheel. Stadsconservator Petra Robben heeft ze zojuist in ontvangst genomen. “Of dit erfgoed is?” Even is er twijfel, maar dan: “Het verhaal áchter deze prenten is dat wel degelijk. En dat maakt ook de prenten zelf het bewaren waard.”
De mannen die ze zojuist hebben ingeleverd, zijn nog altijd begeesterd van hun vak. Ze hebben een achtergrond als graficus, typograaf, schilder en/of tekendocent. Na hun pensionering vonden zij elkaar en vormden het collectief BHK-drukkers. De naam verwijst naar de achternamen van de heren: Paul Bogaert, Cees Hamann en Frans de Kock.
Aards
“Die pers stond eerst op het Cobbenhagencollege, waar ik tekendocent was,” begint Frans de Kock. “Dat was laat jaren tachtig. De pers was eigendom van de Bredase drukkerij Vermijs, vandaar de naam. Destijds haalden we hem op bij een leerlooierij in Gilze-Rijen, die op het punt stond te worden afgebroken. Gelukkig gaf de directie van de school toestemming om de pers in te zetten voor mijn tekenlessen.” Ook voor Cees Hamann, voormalig tekendocent op het (destijds nog met ‘St.’ ervoor) Odulphuslyceum heeft de drukpers een bijzondere toegevoegde waarde: “Wij willen het oude handwerk uitvoeren, in de traditie van hoogdruk. Deze pers werkt volgens dit principe, dat komt heel dicht bij de methode die Gutenberg al rond 1450 bedacht. Het geeft een niet te overtreffen kwaliteit.” Paul vult aan: “Het papier en de drukvorm hebben elkaar echt geraakt en dat levert een bijzonder resultaat op. De specifieke kwaliteit ervan kun je zien en zelfs ruiken. Dat is zo aards als het maar kan zijn.”
Prenten, geen centen
Na verschillende omzwervingen belandde de pers bij het ateliercomplex NS 16. Om de benodigde financiële middelen bij elkaar te krijgen, bedenken de BHK-drukkers een abonnementsvorm: voor vijftig euro per jaar ontvangen de deelnemers viermaal per jaar een prent van een gastkunstenaar die belangeloos meewerkt. Paul: “De kunstenaars waren blij met ons vakmanschap. Het ging ons nooit om de centen, we wilden gewoon zelf vrije producties maken. Zo ontstond een goede vertrouwensbasis en werd elke prent steeds weer een nieuw avontuur met een andere kijkervaring. Het resultaat was altijd een combinatie van ons werk en dat van de kunstenaar.” Cees: “De totaliteit van ons werk vind ik het mooiste: het is een hele constante productie geweest.”
Gaat het verhaal door?
In 2024 verhuisde de Vermijspers naar een atelier in Breda. Komt er nu dan een einde aan BHK-drukkers? “Als het aan ons ligt niet,” reageert Frans de Kock direct. “Maar ja, vind maar weer eens zo’n drukpers.” Dan bedenkt Petra Robben dat er in de collectie van Stadsmuseum Tilburg een negentiende-eeuwse pers staat te verstoffen. “Die willen we graag een keer bekijken!” roepen de BHK-drukkers in koor.
De Vermijspers-prenten worden opgenomen in de gemeentelijke collectie, die Stadsmuseum Tilburg beheert. Vanaf dan maken ze onderdeel uit van de digitale collectie, zodat iedereen ze kan bekijken.