Het kan niet anders of Cees Robben haalde de inspiratie voor deze Prent van 3 februari 1961 uit een sterk verhaal dat wel vaker werd verteld: een manskerel die te diep in het glas had gekeken, of zoals op deze Prent niet helemaal meer bij de tijd was, knoopte het vestje vast aan de gulp. Cees Robben maakte er een heel verhaal van, meer in de zin van een voordrachtje. Hij was daar heel sterk in. In de periode dat deze Prent verscheen maakte hij geregeld zo’n verhalende aflevering.
Door Paul Spapens
Nou is op deze Prent helemaal geen sprake van een echte ziekte – eerder een ingebeelde ziekte - , maar het is wel heel typerend voor het werk van Cees Robben dat kwalen, dokters, verpleegsters en ziekenhuis er een rol in hadden. Hij ontleende zijn inspiratie dan ook aan de mensen die hij ontmoette en de verhalen die hij hoorde, bijvoorbeeld in ’t café. En, helaas, ziekte speelt de mens altijd parten en dat zie je terug in de Prenten die zo sterk waren omdat ze uit het dagelijks leven waren gegrepen. In de Prenten van Cees Robben zie je daarom veel terug van de Tilburgse mens, zijn karakter, zijn goede en slechte kanten, wat hem bezighield, zo volks als maar zijn kan. En eigenwijs…!
Een typering van de Tilburgers is dat ze lang vast zijn blijven houden aan de volksgeneeskunde, dat vaak een combinatie was van het aanroepen van een gespecialiseerde heilige en huis-, tuin- en keukenmiddeltjes. Tegen reumatiek bijvoorbeeld droeg je een paardenkastanje in je zak. Dit gebeurde nog tot in de jaren ’70 en het is niet uit te sluiten dat er nog steeds mensen mee rondlopen. De kastanje was een amulet dat tegen deze akelige en veel voorkomende ziekte moest beschermen. Een amulet is een vorm van bijgeloof.
Blasius
Het aanroepen van een heilige is dan weer een uiting van volksgeloof. In Museum De Dorpsdokter in Hilvarenbeek staat een hele trits aan helende heiligen. Een heilige op wie een beroep werd gedaan bij uiteenlopende ontstekingen was Antonius Abt (Antonius van Padua is die van de verloren zaken) en bij specifiek ontstekingen van de huid Blasius. In het geval van fijt zou je een beroep kunnen doen op beide. Fijt is een ernstige ontsteking van een vinger. Ons moeder, de moeder van schrijver dezes, liep fijt op nadat een naald van haar trapnaaimachine dwars door een nagel en de vinger was gegaan. Ze verging van de pijn en ze zat wekenlang met haar vinger in een sodabad.
Het zuiverende soda was in feite tot aan de bevrijding de enige remedie tegen zulke ernstige ontstekingen. De relatie met de bevrijding? Geallieerde artsen brachten penicilline mee. Zij verrichten daarmee wonderbaarlijke genezingen die eerder niet voor mogelijk werden gehouden. Er zijn allerlei verhalen bekend van mensen die ten dode waren opgeschreven, bijvoorbeeld door longontsteking, en door toediening van penicilline binnen een paar dagen weer op de been waren.
In het geval van fijt kon je in Tilburg aankloppen bij het Fijtvrouwke. Deze Elizabeth (Betje) van Hezik (1884-1955) was een absoluut fenomeen. Een groot deel van haar leven woonde ze in een huis dat moest wijken voor de Hasseltrotonde. Er werd zoveel een beroep op haar gedaan dat je geregeld mensen met een vinger of een hand in het verband door de Hasseltstraat kon zien lopen.
Zalf
Volksgeneeskundigen trokken zieke mensen uit de verre omgeving. Betje maakte een zalf die vooral hielp bij fijt, maar die ook werd gebruikt bij schimmel en zelfs haaruitval. Het recept nam ze over van een oom. Ze maakte de zalf op basis van teer met de toevoeging van kruiden, die deels werden geplukt in de omgeving. Volgens de overlevering stuurde ze haar man er op uit om de gewenste kruiden te zoeken. Het Fijtvrouwke van de Hasselt was drie keer getrouwd.
Het recept is, voor zover bekend, niet bekend en dat nam ze waarschijnlijk mee in het graf. Met haar dood ging de laatste persoon heen die nog stond in de Tilburgse traditie van volksgeneeskunde, waarmee ze veel mensen heeft kunnen helpen. In de wetenschap hoezeer mensen op zoek kunnen zijn naar genezing en dat zeker in een tijd van weinig medicijnen (voor de oorlog zaten in de gereedschapskist van een huisarts hooguit 30 medicijnen), dwingt het levensverhaal van Betje van Hezik respect af. Tilburgers zijn langer dan inwoners van de buursteden Breda en Den Bosch blijven vertrouwen in middeltjes als van het Fijtvrouwke. Zij stond in een eeuwenoude traditie.