In de nieuwe interviewrubriek 'De aanvoerdersband' gaat De Nieuwsklok in gesprek met aanvoerders van sportteams uit de gemeente Oisterwijk. Te beginnnen met die van de eerste teams van Taxandria Handbal. Wil je jouw aanvoerder ook in de spotlights zetten? Stuur dan een mailtje en een (actie)foto naar redactie-nieuwsklok@emdejong.nl en we nemen contact met je op!

Door Marloes Smits

De 22-jarige Anouk Schellekens komt oorspronkelijk uit Boxtel maar is sinds drie jaar vooral te vinden in de zalen van Den Donk. Ze is nu een half seizoen aanvoerder bij het eerste damesteam van Taxandria Handbal, en het voelt voor haar ‘hartstikke natuurlijk’. Maar, “Het moet je wel liggen,” benadrukt ze.

Hoewel Anouk nooit de ambitie had om aanvoerder te worden, lijkt ze haast geboren voor de rol. “Het leidinggeven heeft altijd in me gezeten. Vroeger bij groepsopdrachten op school nam ik ook altijd de leiding.” De rol werd haar toebedeeld uit noodzaak, omdat niemand in het team zich geroepen voelde voor het aanvoerderschap. “Het moet je ook wel liggen. Niet iedereen kan een aanvoerder zijn,” vindt Anouk. Zo vertelt ze dat je een persoon moet zijn die de leiding kan pakken. “Als je dat niet in je hebt, dan wordt het moeilijk.”

Ze voelt zich goed in de rol van aanvoerder, maar staat open voor feedback van teamgenoten. “Ik vind het fijn als andere mensen hun mening geven over mij en aangeven van: nou, Anouk, dit moet je even op een andere manier doen.”

Een sterke samenwerking binnen het team, dat is waar Anouk als aanvoerder voor staat. Al blijft zij als aanvoerder wel degene die de knopen doorhakt. “Aan het einde van de dag, neem ik graag beslissingen. We spelen natuurlijk in een amateurteam, maar het is wel fijn als één iemand het dan allemaal in de gaten houdt.”

Winnaarsmentaliteit

Dat ze een amateurteam zijn, wil overigens niet zeggen dat ze niet competitief zijn. “Op het moment dat de wedstrijd begint, staan we allemaal aan, hoor,” lacht Anouk. “Er is dan zeker sprake van winnaarsmentaliteit. Ik denk dat het bij ons soms nog wel erger is zijn dan bij een team dat op een hoog niveau speelt.” In die winnaarsmentaliteit spreekt overduidelijk ook de passie voor het handbal, vindt Anouk.

Niet alleen die passie voor de sport, zorgt ervoor dat Anouk graag aanvoerder is. “Je merkt dat je er een betere band door krijgt met je teamgenoten. Als er bij iemand iets persoonlijks speelt, dan komen ze bij jou.” Ze hoopt dan ook dat ze volgend jaar weer aanvoerder mag zijn. “We gaan aan het eind van het jaar een evaluatie doen, maar ik hoor nog niks negatiefs, dus ik heb er vertrouwen in,” aldus Anouk.

Herenteam

De 37-jarige Paul Opsteeg pakte dertig jaar geleden voor het eerst een handbal op en is sindsdien vaak te vinden bij Taxandria Handbal. “Ik was een jaar of zeven toen ik bij de club kwam. Mijn moeder handbalde ook en toen heb ik een proeftraining gedaan. Daarna ben ik eigenlijk meteen begonnen en niet meer gestopt.”

Twee jaar geleden was hij al even aanvoerder van het eerste herenteam en sinds dit seizoen neemt hij deze taak weer op zich. “Ik ben er een beetje ingerold, dat krijg je als je al dertig jaar handbalt. Maar het is een prima taak om erbij te doen.” Door zijn jarenlange ervaring bij de club, gaat het aanvoerderschap hem gemakkelijk af. “Het is natuurlijk geen hogere wiskunde, maar mochten mensen kritiek hebben dan doe ik het de volgende keer gewoon anders.” Het team heeft te kampen met blessures en spelerstekorten, maar Paul ziet er het positieve van in. “Ik ben superblij met dit team. Je merkt het natuurlijk wel dat mensen nu langdurig geblesseerd zijn, want we hebben bijvoorbeeld maar twee wissels. Maar, ik mag niet klagen, want iedereen doet zijn best.” Ook is de sfeer binnen het team goed. “We hebben een heel gemoedelijke sfeer. Er wordt vanuit de vereniging ook veel georganiseerd, waardoor we allemaal heel hecht zijn met elkaar.”

Plezier maken

Doordat ze geen trainer hebben kunnen vinden, zijn de verwachtingen bij hjet mannenteam laag dit seizoen. “Ja, dat is heel moeilijk in onze sport. Maar we kunnen leren van alles wat we verliezen, en zo proberen we er maar naar te kijken. Het belangrijkste is dat we elke zondag een wedstrijd kunnen spelen.” Hoewel de omstandigheden niet ideaal zijn, wil het team vooral genieten van hun favoriete sport. “We hebben eigenlijk geen ambities om te winnen. Het motto van ons team is plezier maken en dat is gewoon het belangrijkste.” En ach, die wedstrijd op zondag kan ook heus gespeeld worden met een kater. “We staan weleens brak op het veld, maar het valt allemaal wel mee, hoor,” lacht Paul.